Verkeersdeelneming (AVD)

Deel 2 Motorexamen verkeersdeelname: In het examencentrum maakt u eerst kennis met de examinator. Deze legt uit hoe het examen verloopt. Dan wordt er een oogtest gedaan.

Daarna volgen er een aantal technische vragen over de motor (zie voertuigcontrole). Vervolgens mag u een stukje gaan rijden en laten zien wat u allemaal kunt. De examinator let op een aantal onderwerpen zoals uw beheersing van:

• de motor
• jouwkijkgedrag
• voorrang verlenen
• rekening houden met andere weggebruikers.

Voor dit examen dient u in het bezit te zijn van het theoriecertificaat en dient u het AVB-examen met voldoende resultaat te hebben afgerond. Het praktijkexamen vindt plaats bij het CBR in Gouda. De aanvraag van het examen wordt verzorgd door de rijschool.

Het examen duurt ongeveer 55 minuten. Hiervan is een kwartier beschikbaar voor een introductie en voor de toelichting op de uitslag achteraf. U wordt uiteindelijk beoordeeld op een aantal examenonderdelen, zoals het in- en uitvoegen en het rijden van kruispunten, bochtenwerk en kijkgedrag. Er zijn in totaal twaalf examenonderdelen.

U krijgt tijdens het examen alle gelegenheid om te laten zien wat u kunt. Helemaal foutloos hoeft het niet; het gaat om het totaalbeeld van uw rijvaardigheid. Als u slaagt kunt u de volgende dag op vertoon van een geldige pasfoto en uw legitimatiebewijs het rijbewijs aanvragen bij uw gemeentehuis. Het rijbewijs kunt u vervolgens na ongeveer 5 werkdagen later ophalen.

U dient de volgende bescheiden mee te nemen naar het praktijkexamen:

• Geldig theoriecertificaat
• Geldig legitimatiebewijs of rijbewijs
• Oproepkaart (deze krijgt u via de mail doorgestuurd)

Motor kledingseisen
Er wordt door het CBR eisen gesteld aan de (motor) kleding die u draagt op het examen. Deze kleding stellen we u ter beschikking tijdens het lessen en het examen, maar u kunt ook tegen een aantrekkelijke prijs de kleding kopen bij Hans van Wijk.

De meest voorkomende “fouten” tijdens de AVD lessen op een rijtje:

• Verkeerde zit c.q. hoofdhouding (zoutzak houding)
• Verkeerde spiegelafstelling

A : Bediening voortuig

• Vergeten knipperlicht uit te zetten
• Veel te vroeg remmen, ontkoppelen, en terugschakelen
• Veel te laat remmen ontkoppelen en terugschakelen
• Regelmatig verkeerde versnelling
• Regelmatig in de vrijstand i.p.v. versnelling
• Afremmen op de motor
• In fases terugschakelen (we zitten niet in de auto!)
• Voetrem vergeten te gebruiken
• Veel te weinig gasgeven tijdens opschakelen (schiet dus niet op)
• Veel te veel gasgeven tijdens opschakelen (we hoeven niet op te stijgen!)
• Veel te snel opschakelen (de motor pruttelt als een koffiemolen)
• Veel te laat opschakelen (hoog toeren/motor mollen, milieu, benzine verbruik)

B: Spiegelen

• Spiegelen voor je gaat remmen!
• Spiegelen en dode hoeken tijdens opschakelen
• Spiegelen na verlaten kruispunt, rotonde
• Spiegelen en dode hoeken, voor het afslaan
• Spiegelen en dode hoeken 2x voor het invoegen
• Spiegelen en dode hoeken voor het inhalen
• Spiegelen en dode hoeken iedere 5-8 seconden

C: Kijken/waarnemen

• Het kruispunt oprijden, zonder te kijken of er niemand door rood rijdt! (medeweggebruikers die op ramkoers liggen!)
• Niet op tijd beginnen met waarnemen bij het invoegen op de snelweg
• Niet ver genoeg vooruit kijken en dus veel te laat remmen en terugschakelen (voor de bocht klaar!)
• Niet goed waarnemen, waardoor veel te vroeg remmen en terugschakelen (bijvoorbeeld in flauwe bochten)
• Niet ver genoeg de bocht door kijken, waardoor veel te ruime bocht in de bebouwde kom (komt bijna op weghelft van de tegenligger terecht)
• Niet ver genoeg de bocht door kijken, waardoor hoekige bocht buiten de bebouwde kom (plakken van de bocht afsnijden)

D: Aandacht verdelen

• Plaats op de weg en slingeren
• Witte pijlen, vlakken, potdeksels, troep op de weg meenemen
• Het niet goed ver vooruit, en dichtbij kijken, spiegels dode hoeken (dus aandacht verdelen)
• In linksaf bochten, en de bocht al ingezet hebben, nog even naar rechts kijken (autokijk gedrag!)
• In rechtsaf bochten, en de bocht al ingezet hebben, nog even naar links kijken (wat wil je nog doen als je ziet dat er iemand op je inrijd? voorrem in knijpen?)
• Ook door een wegbeheerder aangebrachte obstakels die de snelheid eruit halen, er om heen slingeren terwijl er een rechte rijlijn mogelijk is (minder last van gyroscopische krachten in de motor)

Door jarenlange ervaring is voorgaande lijst ontstaan. Als u als aanstaande motorrijder hier wat mee doet, dan zult u zien dat het rijden veel gemakkelijker wordt!